Wettelijk kader en opleidingsplannen

Het vormgeven van de opleiding MDL begint bij het College Geneeskundige Specialismen (hierna: CGS). Door dit landelijke orgaan wordt geschetst aan welke eisen iedere medisch-specialistische vervolgopleiding moet voldoen. Daarbij kun je denken aan algemene bepalingen voor de opleiding zelf, erkenning van opleidingen, verplichtingen van de opleider, opleidersgroep en aios en aan (her)registratie van specialisten. Deze algemene eisen staan in het ‘Kaderbesluit’. Vervolgens worden de eisen per specialisatie verder uitgewerkt in een ‘Specifiek Besluit MDL’. De Registratiecomissie Geneeskundig Specialisten (RGS) voert de regels uit die door het CGS zijn vastgelegd. Het Kaderbesluit en het Specifiek Besluit MDL zijn hier te vinden.

Op basis van het Kaderbesluit en het Specifiek Besluit MDL is uiteindelijk het landelijke opleidingsplan voor de MDL gemaakt, genaamd NOVUM (‘Nieuw Opleidingsplan Voor Uitstekende MDL-artsen’). Voor de individuele invulling van de opleiding, de beoordeling en de toetsing van elke aios is dit landelijke opleidingsplan leidend. NOVUM wordt periodiek aan nieuwe eisen en inzichten aangepast.

Van NOVUM wordt nadien het regionale en/of lokale opleidingsplan afgeleid. Iedere onderwijs- en opleidingsregio (OOR) heeft een eigen regionaal opleidingsplan en ieder opleidingsziekenhuis een lokaal opleidingsplan. Hierin kun je terugvinden hoe de opleiding precies is georganiseerd in jouw regio. Stages kunnen eventueel ook in een andere OOR worden gevolgd. Ieder ziekenhuis heeft de mogelijkheid om via de site www.opleidingsetalage.nl zijn stages te etaleren. Het NOVUM en de regionale opleidingsplannen vind je hier (let op: pas als je lid bent van de NVMDL heb je toegang tot het besloten deel van de website).

Figuur 1 van Kaderbesluit naar IOP.png

Als aios leg je tot slot individuele keuzes vast in het Individuele Opleidingsplan (IOP).

De opleiding MDL wordt bewaakt en gereguleerd door het Concilium Gastroenterologicum Neerlandicum (hierna: Concilium), waarin de opleiders uit alle universitaire ziekenhuizen en drie opleiders uit perifere ziekenhuizen zitting hebben. De NVMDL i.o. (de juniorvereniging) heeft namens de aios twee vertegenwoordigers in het Concilium.

Onderbreking van de opleiding

Het onderbreken van de opleiding, bijvoorbeeld voor een buitenlandse stage of onderzoek, is in overleg met de lokale en regionale opleider in principe mogelijk. Hiervoor moet een verzoek worden ingediend bij de RGS dat gefiatteerd moet worden door het Concilium. De opleiding wordt in beginsel ononderbroken gevolgd. Hierbij geldt: Wanneer de opleiding langer dan 10 dagen wordt onderbroken dient compensatie plaats te vinden. De aios doet van de onderbreking zo spoedig mogelijk, en in geval van zwangerschap of ouderschapsverlof voorafgaand aan de onderbreking, mededeling aan de RGS. De opleiding wordt navenant verlengd. Voor een buitenlandse stage is een maximum van 6 maanden vastgelegd in het specifieke besluit MDL. Download hier de richtlijn van het Concilium betreffende buitenlandstages.

Deeltijdwerken

Deeltijdwerken is uiteraard mogelijk. Bespreek dat met je opleider. De RGS staat deeltijdwerken toe, maar moet hier steeds vooraf schriftelijk over geïnformeerd worden. De opleidingstijd wordt uiteraard langer bij deeltijd werken. Zie voor details het CGS Kaderbesluit.
 

Regelgeving omtrent werktijden en dienstbelasting

 

Arbeidstijdenwet
De maximum arbeidstijd per 24 uur is 13 uur. Brochure te downloaden via: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/werktijden/documenten/brochures...

NOVUM 1.1 
In NOVUM 1.1 is er een aanpassing gemaakt in de dienstbelasting en compensatie. “Alle diensten dienen conform arbeids-tijdenbesluit gepland en gecompenseerd te worden. De dienstbelasting dient niet te leiden tot een vermindering van opleidingsmomenten binnen de normale werktijd.” De intentie daarbij is dat een aios minder dan 15% van de totale werktijd dienst heeft, maar dit is geen regel. 
 
CAO UMC (2022-2023) 
De nieuwe CAO UMC heeft een aanvulling gemaakt op verplichte rusttijden na een avond/nachtdienst, te weten: “Na afloop van een bereikbaarheids- of aanwezigheidsdienst in de nacht heeft de medewerker altijd recht op ten minste 8 uur rust, als de medewerker in de uren die liggen tussen 00.00 uur en 06.00 uur ten minste twee keer gevolg heeft gegeven aan een oproep of meer dan twee uren arbeid heeft verricht. Deze rusturen tellen als arbeidsuren mee voor de jaarurennorm. De medewerker hoeft deze uren niet op een ander moment in te halen.” Feitelijk komt het erop neer dat een aios na een nacht bereikbaarheids- of aanwezigheidsdienst, de volgende dag niet mag werken als hij/zij tenminste twee telefoontjes heeft gehad. Er volgt dan 8 uur rusttijd.

CAO Ziekenhuizen (2021-2023)
In de CAO ziekenhuizen gelden andere regels met betrekking tot de rusttijden na een avond/nachtdienst. In deze CAO wordt het volgende vermeld: “Als in 16 weken sprake is van 16 of meer keer consignatie tussen 00:00 uur en 06:00 uur: maximaal gemiddeld 48 uur per week en na de laatste oproep tussen 00:00 uur en 06:00 uur 8 uur rust dan wel in de 18uur na 06:00 uur 8 uur rust.“ 
 

MDL AIOS